De standaard en streefwaarden zullen richtinggevend zijn voor de producten en diensten die door bedrijven zullen worden ontwikkeld om gebouwen te verduurzamen. Nu duidelijk wordt aan welke norm verschillende gebouwen moeten voldoen wordt ook concreet welke ingrepen nodig zijn en welke oplossingen beschikbaar zijn en welke nog zullen moeten worden ontwikkeld:
- De standaard kan veelal met bestaande technieken worden behaald, waardoor in de innovatieopgave voor de verduurzaming van individuele bouwdelen de nadruk komt te liggen op kostenbesparing en procesoptimalisatie. Daarnaast kan de ontwikkeling van innovatieve oplossingen voor individuele bouwdelen worden gericht op het behalen van de streefwaarden.
- Daarnaast bieden de streefwaarden ruimte voor de ontwikkeling van integrale oplossingen om de woning naar de standaard te renoveren. Door het ontwikkelen van verduurzamingsoplossingen voor specifieke groepen woningen die een woning in één keer of in stappen naar de standaard brengen, kan verduurzaming slimmer, sneller en goedkoper worden gerealiseerd.
- De standaard en streefwaarden zullen naar verwachting remmend werken op de ontwikkeling en het gebruik van innovatievere en/of hoogwaardigere isolatie oplossingen. Dit is mede ingegeven door het uitgangspunt dat de standaard met isolatiemaatregelen van binnenuit de woning gerealiseerd moet kunnen worden. Op basis van een goede analyse kan de innovatieopgave worden gericht op die gebouwtypes waarvoor verduurzaming van buitenaf bouwkundig of financieel de te prefereren optie blijft.
TKI Urban Energy wil bedrijven ondersteunen in het ontwikkelen van de benodigde oplossingen. Dit doen we door bedrijven in contact te brengen met interessante partners, afzetkanalen en kennisinstellingen en door te zoeken naar mogelijkheden een gedeelte van de benodigde investeringen te dekken met een innovatie-subsidie. Mocht u een goed idee hebben voor een nieuw product en onze hulp nodig hebben. Neem dan contact op met Guus Mulder, of Orin Tijsse Klasen. Om bedrijven een goed beeld te geven van de standaard en streefwaarden en wat deze voor hun product betekenen hebben we hieronder de belangrijkste vragen rondom de standaard en streefwaarden op een rijtje gezet en beantwoord.
Frequently asked questions
-
De standaard is een richtlijn over het minimale kwaliteitsniveau betreft isolatie, kierdichting, geometrie en ventilatie, uitgedrukt in de nettowarmtevraag per vierkante meter (kwh/m2 /j). De netto warmtevraag wil zeggen de hoeveelheid energie die nodig is om een woning te verwarmen.
Wat hierin niet wordt meegenomen zijn onder andere de warmteopwekker, warm water, energieopwekking en koeling. De streefwaarden gaan over het na te streven isolatieniveau, uitgedrukt in Rc-waardes. Deze streefwaarden worden per type woning en bouwjaar gesegmenteerd. Zo is de standaard voor een vooroorlogse woning lager dan een naoorlogse woning
-
In het Nederlandse Klimaatakkoord uit 2019 is afgesproken dat er standaard en streefwaarden worden vastgesteld voor gebouwen. Ze worden vastgesteld door het ministerie van Binnenlandse zaken en Koningrijksrelaties, in samenspraak met een begeleidingscommissie met AEDES, Bouwend Nederland, NVDE, Stroomversnelling, Techniek Nederland, VNG, Vastgoed Belang en Woonbond.
-
Nee, de Standaard en Streefwaarden zijn in een brief aan de kamer gestuurd. Het onderwerp wordt als ‘controversieel’ gezien en wordt waarschijnlijk pas na de kabinetsformatie door de kamer bekrachtigd.
-
De standaard en streefwaarden geven duidelijkheid aan woningeigenaren over het niveau waarnaar ze hun woning spijtvrij kunnen verduurzamen, vooruitlopend op het alternatief voor aardgas dat wordt gekozen in de wijkgerichte aanpak.
-
De standaard en streefwaarden willen voorkomen dat woningeigenaren maatregelen treffen die later, wanneer duidelijk wordt welk alternatief voor aardgas wordt gekozen, onvoldoende blijkt te zijn.
-
De standaard is bepalend voor het energiegebruik van de woning. Bij een hoge standaard is weinig energie van buiten de woning nodig. Bij een lage standaard is veel energie van buiten nodig.
- Los je het binnen de woning op moeten grote aantallen gebouweigenaren aan de slag.
- Lost je het buiten de woning op moet er voldoende duurzame energieproductie zijn i.c.m. voldoende infrastructuur voor warmte, elektriciteit en groen gas.
Er is geen eenduidige ‘beste’ oplossing. Of je ‘het probleem’ binnen of buiten de woning oplost is een politieke keuze.
-
Woningen kunnen de Standaard bereiken met ingrepen die voornamelijk aan de binnenzijde van de woning worden gepleegd en bij de gevel hooguit de spouw wordt geïsoleerd.
-
Of de standaard hoog genoeg is, is een politieke keuze: los je het ‘probleem’ binnen de woning op door de het energiegebruik zoveel mogelijk terug te brengen, of los je het buiten de woning op door extra duurzame energieproductie te realiseren en te zorgen voor voldoende energie-infrastructuur? Binnen de begeleidingscommissie zijn de meningen verdeeld: Aedes en Vastgoed Belang vinden ze te hoog. Bouwend Nederland, NVDE, Techniek Nederland, Woonbond en VNG vinden ze goed en de Stroomversnelling vindt ze te laag. Vereniging Eigen Huis onthoudt zich van een oordeel.
-
Nee:
- Voor woningen met een bouwjaar van 1945 en eerder wordt een minder vergaande Standaard voorgesteld.
- Er wordt onderscheid gemaakt tussen één- en meergezinswoningen
- Er wordt rekening gehouden met de compactheid van de woning (verhouding tussen het geveloppervlak en de inhoud van de woning)
-
De Standaard is gericht op 2050 en voor koopwoningen vooralsnog vrijwillig. Voor verhuurders is in het klimaatakkoord afgesproken dat de Standaard verplicht wordt in 2050.
-
- De standaard legt vast tot welk niveau de gehele woning verduurzaamd moet worden.
- De streefwaarden geven de gebouweigenaar handvatten wanneer enkele bouwdelen (gevel, dak, etc.) aangepakt worden, zodat de verschillende stappen uiteindelijk leiden tot de standaard.
-
Ja, in principe zijn drie aanpakken mogelijk:
- 1. Een samenhangende aanpak op basis van een maatwerkadvies
- 2. De aanpak van enkele bouwdelen naar een hoog niveau
- 3. De stapsgewijze aanpak van alle bouwdelen naar een gemiddeld niveau
Hierbij moet worden aangemerkt dat de keuze voor de term 'maatwerkadvies’ ongelukkig is gekozen. Dit lijkt te suggereren dat dit een oplossing is die specifiek voor een individuele woning is ontworpen. Het is echter ook mogelijk het maatwerkadvies niet per woning op te gaan stellen (maatwerk), maar juist voor groepen woningen waarop dezelfde oplossing past.
-
Formule Standaard - Voorstel Standaard per woningtype:
Eengezinswoningen, voor 1945
- Compactheid (Als/Ag) < 1,00
- Netto warmtevraag [kWh/m2] = 60 ≥ 1,00, =60 + 105 * (Als/Ag – 1,0)
Eengezinswoningen, na 1945
- Compactheid (Als/Ag) < 1,00 = 43 ≥ 1,00
- Netto warmtevraag [kWh/m2] = 43 + 40 * (Als/Ag - 1,0)
Meergezinswoningen, voor 1945
- Compactheid (Als/Ag)< 1,00 = 95 ≥ 1,00
- Netto warmtevraag [kWh/m2] =95 + 70 * (Als/Ag - 1,0)
Meergezinswoningen, na 1945
- Compactheid (Als/Ag)< 1,00 = 45 ≥ 1,00
- Netto warmtevraag [kWh/m2] = 45 + 45 * (Als/Ag - 1,0)
Het gevolg hiervan is dat deze woningen, zodra zij voldoen aan de Standaard, met beperkte aanpassing aan warmteafgiftesystemen geschikt zijn voor aansluiten op een temperatuur in de woning van 70 graden. Bij verwarming met 50 graden in de woning is waarschijnlijk vervanging van warmteafgiftesysteem aan de orde om deze woning warm te krijgen, en wordt thermisch comfort (door de ongeïsoleerde gevel) één van de aandachtspunten.
-
De standaard wordt uitgedrukt in de netto warmtevraag per vierkante meter [kWh/m2]. Dit kan leiden tot verwarring, omdat ook de EP-2, die wordt gebruikt voor het energielabel in kWh/m2 wordt uitgedrukt. De EP-2 gaat over het primair fossiel energieverbruik. De netto warmtevraag is puur de warmtebehoefte uitgedrukt in kWh/m2 (dus alleen de warmtevraag en niet de totale energievraag).
-
Dak
- Aanpak enkele bouwdelen: Rc 8 m2K/W (ongeveer 35cm isolatie)
- Aanpak alle bouwdelen: isolatiewaarde Rc = 3,5 m2K/W (afhankelijk van het isolatiemateriaal 8 -15 cm isolatie)
Vloer
- Aanpak enkele bouwdelen: Rc 3,5 m2K/W (ongeveer 14cm isolatie)
- Aanpak alle bouwdelen: isolatiewaarde Rc = 3,5 m2K/W (afhankelijk van het isolatiemateriaal en voertype 7 – 14 cm isolatie onder de vloer) isolatiewaarde Rc = 1,7 m2K/W (parels, vlokken of schuim in de spouwmuur)
Gevel
- Aanpak enkele bouwdelen: Rc 6 m2K/W (ongeveer 26 cm isolatie)
- Aanpak alle bouwdelen: isolatiewaarde Rc = 3,5 m2K/W (afhankelijk van het isolatiemateriaal en voertype 7 – 14 cm isolatie onder de vloer) isolatiewaarde Rc = 1,7 m2K/W (parels, vlokken of schuim in de spouwmuur)
Paneel
- Aanpak enkele bouwdelen: 1,4 W/m²K (geïsoleerd)
- Aanpak alle bouwdelen: Indien aanwezig: isolatiewaarde Rc=1m2K/W (40 mm sandwichpaneel) U-waarde raam = 1,4 W/m²K (HR++ glas) in combinatie met een geïsoleerde deur of 1,0 W/m²K (triple glas)
Ramen en kozijnen
- Aanpak enkele bouwdelen: 1,0 W/m²K (Triple glas in nieuwe kozijnen)
- Aanpak alle bouwdelen: Indien aanwezig: isolatiewaarde Rc=1m2K/W (40 mm sandwichpaneel) U-waarde raam = 1,4 W/m²K (HR++ glas) in combinatie met een geïsoleerde deur of 1,0 W/m²K (triple glas)
Voordeur
- Aanpak enkele bouwdelen: 1,4 W/m²K (geïsoleerd)
- Aanpak alle bouwdelen: natuurlijke toevoer en mechanische afzuiging in toilet, keuken en badkamer of gebalanceerde ventilatie met sensorsturing in woonkamer en hoofdslaapkamer
Ventilatie
- Aanpak enkele bouwdelen: gebalanceerde ventilatie met warmte terugwinning, sturing op toe- of afvoer door CO2-meting
- Aanpak alle bouwdelen: qv;10 = 0,7 dm3/sm2 (verbeterde kierdichting van ramen en deuren en aansluiting gevel en dak)
Kierdichting
- Aanpak enkele bouwdelen: qv;10=0,4 dm3/sm2 (verbeterde kierdichting van ramen en deuren en aansluiting gevel en dak door een professional
- Aanpak alle bouwdelen: isolatiewaarde Rc = 3,5 m2K/W (afhankelijk van het isolatiemateriaal 8-15 cm isolatie)
-
Als al deze maatregelen aan de schil in één keer worden getroffen, zullen woningen na 1945 meestal als een label A woning kunnen worden geclassificeerd. Wordt er stapsgewijs naar de Standaard geïsoleerd dan worden deze woningen als gevolg van de labelbepalingsmethode waarschijnlijk als label B geclassificeerd
-
- Onderzoek naar verschillende niveaus van isolatie, kierdichting en ventilatie voor 16 verschillende woningtypes en naar benodigde warmteafgiftecapaciteit voor verschillende temperatuurtrajecten, door Nieman Raadgevende Ingenieurs;
- Onderzoek naar de kosten en baten van de verschillende niveaus en varianten voor enkele woningen, door TNO;
- Review op de uitgangspunten die meegegeven zijn aan het Nieman onderzoek, door EnergyGo;
- Voorstel voor de definitie van de standaard aan de begeleidingscommissie door Nieman Raadgevende Ingenieur